Proloog Deel 2
'Ik houd niet van regen...' mompelt Simon terwijl hij met zijn pokémon ei door de grote tuin van de daycare loopt. '... vooral niet als het nat is. Ik hoop dat jij dat met me eens bent... nouja, wie zwijgt stemt toe zeggen ze dan.' hij loopt verder langs de grote vijver naast de bloemen tuin.
Zijn opa, Siemen, heeft altijd veel tijd gestoken aan het onderhouden van de tuinen, volgens hem groeien pokémon het beste wanneer ze in een voor hun prettige omgeving zijn. Het kleine park wat bij de daycare hoort is omringt door een hoge heg, zodat de pokémon niet weg kunnen en buitenstaanders er niet in. Toch lijkt het park groter dan het is door de slimme inrichting ervan, zowel een bosrijke omgeving, als een bloementuin en vijver zijn te vinden in het kleine park. Ook een kale zandvlakte met kleine grot is te vinden, maar daar moest Simon altijd uit de buurt blijven van zijn grootvader.
Simon ging zitten onder een grote wilg bij de vijver, zijn favoriete plekje in het park. 'Ik heb jou deze vijver natuurlijk nooit laten zien' zegt hij tegen het ei wat naast hem in het gras ligt. 'In de zomer kun je hier fantastisch zwemmen, mits er geen tentacool of krabby in zitten zoals twee jaar terug.' hij lacht en gaat languit tegen de boom liggen 'Het waren hartstikke lieve pokémon hoor, maar dat lieten ze een beetje vreemd merken. Ik heb de littekens om het te bewijzen.' De regen is al bijna opgehouden en het geluid van druppels die het water raken wordt alleen overstemd door het geruis tussen de bloementuin.
Pas na een minuut of drie valt het Simon pas op dat hij niet langer alleen is met zijn ei. Tussen de bloemen herkent hij de Oddish en Bellsprout van opa en vlak onder het wateroppervlak kijken vier ogen voorzichtig toe hoe hij aan de kant geniet van de rust. De Goldeen die opa standaard in de tuin heeft zitten zijn normaal een stuk minder verlegen, eigenlijk alle pokémon wel. Zou het door mij komen? denk Simon en hij gaat weer iets rechter zitten. 'Hé, waar ga jij naar toe?' vraagt Simon wanneer hij ziet dat zijn ei iets gekanteld is en hij zet het op schoot.
Opeens voelt hij iets in het ei bewegen, alsof er zich iets omdraait binnenin. 'Wat krijgen we nou?' zegt Simon verbaasd terwijl hij het ei wat beter bekijkt. Ook de Goldeen in de vijver en de Oddish en Bellsprout zijn tevoorschijn gekomen tussen de bloemen om naar het ei te kijken. Opnieuw voelt hij iets bewegen, een zwakke beweging 'of zou ik het me verbeeld hebben?' zegt hij zacht terwijl hij het ei beter vast houd.
De Goldeen in de vijver beginnen zacht te zingen en zwemmen rondjes door de vijver, in de weerspiegeling van het water ziet Simon langzaam wolken voorbij drijven en voelt de eerste druppel weer. Het was hem niet eens opgevallen dat het weer gestopt was met regenen, hoelang zat hij hier eigenlijk al? Langzaam wordt de regen steeds heviger en Simon staat op om te gaan schuilen in de daycare. Op het moment dat hij opstaat om weg te lopen word zijn weg geblokkeerd door de Oddish die tussen de bloembedden zaten. 'Laat me er door, ik word klets nat!' roept Simon, maar de Oddish laten hem er niet door.
Voor een derde keer voelt Simon het ei bewegen, maar sterker dan daarvoor. Het lijkt alsof hij naar het water toe wil. Voorzichtig buigt hij zich voor de vijver en houd het ei vlak boven het oppervlak. Weer beweegt het ei en de kracht lijkt steeds verder toe te nemen. Simons hart begint steeds sneller te kloppen, zou het nu eindelijk gebeuren? Zal mijn ei nu eindelijk uitkomen?
De Goldeen in de vijver zijn gestopt met zwemmen en kijken ingespannen naar het ei. 'Wat denken jullie? Moet ik het in het water houden?' Simon heeft zijn vraag nauwelijks gesteld of de Goldeen knikken instemmend, ook de Oddish en de Bellsprout op de achtergrond hoort hij instemmend geluid maken.
Voorzichtig laat Simon het ei stukje bij beetje in het water zakken. De matte paarse kleur die het ei had lijkt te gaan glimmen wanneer hij het onder het water houdt. 'Kom op... Alsjeblieft...' mompelt Simon wanneer hij het topje van het ei onder water laat zakken.
Plots begint het ei hevig te bewegen en lichter van kleur te worden. De Goldeen beginnen te zingen en de Oddish en Bellsprout hoort hij ook mee zingen achter hem.
Het ei geeft wit licht en begint steeds warmer te worden, maar hij durft het niet los te laten, bang om het kwijt te laten. Langzaam ziet hij barsten komen in het lichtgevende ei en de hitte die het uitstraalt is nauwelijks uit te staan, maar toch houd Simon vast. Met tranen in zijn ogen ziet hij het licht van het ei minder worden en veranderd de vorm in zijn handen.
Voorzichtig haalt Simon het ei, of wat eerst zijn ei was, voorzichtig uit het water. De pijn in zijn handen is hij helemaal vergeten wanneer hij ziet dat zijn ei is uitgekomen en de pokémon vrolijk zijn naam roept. 'Shellder?' vraagt Simon zacht 'Heet je zo? Shellder?' en hij bekijkt de pokémon wat beter. Ook de Goldeen, Oddish en Bellsprout zijn dichterbij gekomen om te kijken.
'Je bent geweldig' mompelt Simon terwijl hij voorzichtig opstaat samen met Shellder en door de stromende regen gevolgd word door de rest van de pokémon naar de daycare.
Zijn opa, Siemen, heeft altijd veel tijd gestoken aan het onderhouden van de tuinen, volgens hem groeien pokémon het beste wanneer ze in een voor hun prettige omgeving zijn. Het kleine park wat bij de daycare hoort is omringt door een hoge heg, zodat de pokémon niet weg kunnen en buitenstaanders er niet in. Toch lijkt het park groter dan het is door de slimme inrichting ervan, zowel een bosrijke omgeving, als een bloementuin en vijver zijn te vinden in het kleine park. Ook een kale zandvlakte met kleine grot is te vinden, maar daar moest Simon altijd uit de buurt blijven van zijn grootvader.
Simon ging zitten onder een grote wilg bij de vijver, zijn favoriete plekje in het park. 'Ik heb jou deze vijver natuurlijk nooit laten zien' zegt hij tegen het ei wat naast hem in het gras ligt. 'In de zomer kun je hier fantastisch zwemmen, mits er geen tentacool of krabby in zitten zoals twee jaar terug.' hij lacht en gaat languit tegen de boom liggen 'Het waren hartstikke lieve pokémon hoor, maar dat lieten ze een beetje vreemd merken. Ik heb de littekens om het te bewijzen.' De regen is al bijna opgehouden en het geluid van druppels die het water raken wordt alleen overstemd door het geruis tussen de bloementuin.
Pas na een minuut of drie valt het Simon pas op dat hij niet langer alleen is met zijn ei. Tussen de bloemen herkent hij de Oddish en Bellsprout van opa en vlak onder het wateroppervlak kijken vier ogen voorzichtig toe hoe hij aan de kant geniet van de rust. De Goldeen die opa standaard in de tuin heeft zitten zijn normaal een stuk minder verlegen, eigenlijk alle pokémon wel. Zou het door mij komen? denk Simon en hij gaat weer iets rechter zitten. 'Hé, waar ga jij naar toe?' vraagt Simon wanneer hij ziet dat zijn ei iets gekanteld is en hij zet het op schoot.
Opeens voelt hij iets in het ei bewegen, alsof er zich iets omdraait binnenin. 'Wat krijgen we nou?' zegt Simon verbaasd terwijl hij het ei wat beter bekijkt. Ook de Goldeen in de vijver en de Oddish en Bellsprout zijn tevoorschijn gekomen tussen de bloemen om naar het ei te kijken. Opnieuw voelt hij iets bewegen, een zwakke beweging 'of zou ik het me verbeeld hebben?' zegt hij zacht terwijl hij het ei beter vast houd.
De Goldeen in de vijver beginnen zacht te zingen en zwemmen rondjes door de vijver, in de weerspiegeling van het water ziet Simon langzaam wolken voorbij drijven en voelt de eerste druppel weer. Het was hem niet eens opgevallen dat het weer gestopt was met regenen, hoelang zat hij hier eigenlijk al? Langzaam wordt de regen steeds heviger en Simon staat op om te gaan schuilen in de daycare. Op het moment dat hij opstaat om weg te lopen word zijn weg geblokkeerd door de Oddish die tussen de bloembedden zaten. 'Laat me er door, ik word klets nat!' roept Simon, maar de Oddish laten hem er niet door.
Voor een derde keer voelt Simon het ei bewegen, maar sterker dan daarvoor. Het lijkt alsof hij naar het water toe wil. Voorzichtig buigt hij zich voor de vijver en houd het ei vlak boven het oppervlak. Weer beweegt het ei en de kracht lijkt steeds verder toe te nemen. Simons hart begint steeds sneller te kloppen, zou het nu eindelijk gebeuren? Zal mijn ei nu eindelijk uitkomen?
De Goldeen in de vijver zijn gestopt met zwemmen en kijken ingespannen naar het ei. 'Wat denken jullie? Moet ik het in het water houden?' Simon heeft zijn vraag nauwelijks gesteld of de Goldeen knikken instemmend, ook de Oddish en de Bellsprout op de achtergrond hoort hij instemmend geluid maken.
Voorzichtig laat Simon het ei stukje bij beetje in het water zakken. De matte paarse kleur die het ei had lijkt te gaan glimmen wanneer hij het onder het water houdt. 'Kom op... Alsjeblieft...' mompelt Simon wanneer hij het topje van het ei onder water laat zakken.
Plots begint het ei hevig te bewegen en lichter van kleur te worden. De Goldeen beginnen te zingen en de Oddish en Bellsprout hoort hij ook mee zingen achter hem.
Het ei geeft wit licht en begint steeds warmer te worden, maar hij durft het niet los te laten, bang om het kwijt te laten. Langzaam ziet hij barsten komen in het lichtgevende ei en de hitte die het uitstraalt is nauwelijks uit te staan, maar toch houd Simon vast. Met tranen in zijn ogen ziet hij het licht van het ei minder worden en veranderd de vorm in zijn handen.
Voorzichtig haalt Simon het ei, of wat eerst zijn ei was, voorzichtig uit het water. De pijn in zijn handen is hij helemaal vergeten wanneer hij ziet dat zijn ei is uitgekomen en de pokémon vrolijk zijn naam roept. 'Shellder?' vraagt Simon zacht 'Heet je zo? Shellder?' en hij bekijkt de pokémon wat beter. Ook de Goldeen, Oddish en Bellsprout zijn dichterbij gekomen om te kijken.
'Je bent geweldig' mompelt Simon terwijl hij voorzichtig opstaat samen met Shellder en door de stromende regen gevolgd word door de rest van de pokémon naar de daycare.